Statuten

  1. De vereniging die is opgericht op één januari negentienhonderd drieëntwintig (01-01-1923), aangegaan voor onbepaalde tijd, draagt de naam: “Kynologenclub Deventer en omstreken”, hierna te noemen: “de vereniging”.
  2. De vereniging is in het jaar tweeduizend (2000) als lid toegetreden tot de vereniging: Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland, handelsregisternummer: 40531977, hierna te noemen: “Raad van Beheer”.

De vereniging heeft haar zetel in Deventer.

  1. De vereniging heeft ten doel zulks in hoofdzaak in het werkgebied Deventer en omstreken: het contact tussen liefhebbers van honden te bevorderen en het geven van voorlichting over het houden en opvoeden van honden.
  2. De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door:
    1. het houden van vergaderingen;
    2. het houden van lezingen;
    3. het geven van cursussen/trainingen op kynologisch gebied;
    4. het organiseren van workshops, shows, examens en/of wedstrijden;
    5. het desgevraagd voorlichten van haar leden bij alles wat de fokkerij van honden betreft;
    6. beheren van een website en uitgifte van een clubblad;
    7. het deelnemen aan het overleg binnen de georganiseerde kynologie;
    8. het onderhouden van contacten met de overheid en maatschappelijke organisaties binnen haar werkgebied, voor zover dat dienstbaar kan zijn aan het doel van de vereniging.
  1. De vereniging ontleent haar rechten aan de statuten en overige reglementen van de Raad van Beheer en verplicht zich zonder voorbehoud tot naleving van die statuten, reglementen en wettig genomen besluiten van de Raad van Beheer.
  2. De vereniging aanvaardt zonder voorbehoud de rechtsmacht van de geschillencommissie voor de Kynologie en het Tuchtcollege voor de Kynologie, zoals weergegeven in de statuten en reglementen van de Raad van Beheer.
  3. De leden van de vereniging zijn jegens de vereniging tot hetzelfde gehouden als waartoe de vereniging vanwege haar lidmaatschap jegens de Raad van Beheer zal zijn gehouden op grond van de statuten en reglementen van de Raad van Beheer en de door de organen van de Raad van Beheer wettig genomen besluiten.
  4. De vereniging is bevoegd aan haar leden op te leggen de verplichtingen die de vereniging heeft jegens de Raad van Beheer, waarbij al hetgeen waartoe de vereniging jegens de Raad van Beheer is gehouden uit hoofde van het bepaalde in de statuten en reglementen van de Raad van Beheer ook geldt als verplichtingen die de leden van de vereniging rechtstreeks jegens de Raad van Beheer hebben in de zin van artikel 2:46 van het Burgerlijk Wetboek.
  1. Leden van de vereniging kunnen zijn zij die de leeftijd van achttien (18) jaar hebben bereikt. Uitgesloten van lidmaatschap zijn zij die door het Tuchtcollege voor de Kynologie zijn gediskwalificeerd, tijdens de duur van hun diskwalificatie. Leden kunnen worden onderverdeeld in “lid”, “erelid”, “lid van verdienste”, “ondersteunend lid”,” gezinslid”.
    1. Ereleden van de vereniging zijn zij die zich jegens de vereniging bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt en daartoe door de algemene vergadering met algemene stemmen zijn benoemd. Een voordracht voor een dergelijke benoeming geschiedt door het bestuur of op een schriftelijk verzoek van ten minste tien (10) leden.
    2. Leden van verdienste zijn zij die zich jegens de vereniging zeer verdienstelijk hebben gemaakt en daartoe door het bestuur zijn benoemd.
    3. Ondersteunende leden zijn leden die (tijdelijk) geen gebruik maken van het cursusaanbod. Als daarvan wel weer gebruik wordt gemaakt dient het lidmaatschap te worden opgeschaald naar “lid”.
    4. Gezinsleden zijn leden behorend tot het gezin van een lid.
  2. Artikel 7 is op alle leden van toepassing. Leden hebben zodanige bevoegdheden als de statuten en het Huishoudelijke Reglement bepalen. Het bestuur houdt een register bij, waarin met in achtneming van privacywetgeving, de namen en (email)adressen van alle leden zijn opgenomen.
  1. Het bestuur beslist over de toelating van leden.
  2. Bij niet-toelating tot lid kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.
  1.  Het lidmaatschap eindigt door:
    1. de dood van het lid;
    2. schriftelijke opzegging door het lid;
    3. opzegging namens de vereniging. Deze kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;
    4. ontzetting. Deze kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten der vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
  2. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur.
  3. Opzegging van het lidmaatschap dient te geschieden voor aanvang van een nieuw verenigingsjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van vier (4) weken. Echter kan het lidmaatschap onmiddellijk worden beëindigd indien van de vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
  4. Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid, doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip volgende op de datum waartegen was opgezegd.
  5. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur.
  6. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat de betrokkene binnen één (1) maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de algemene vergadering. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.
  7. Wanneer het lidmaatschap in de loop van het verenigingsjaar eindigt, blijft desniettemin de jaarlijkse bijdrage voor het geheel verschuldigd.
  1. De leden zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse bijdrage, waarvan door de algemene vergadering voor de leden het bedrag zal worden vastgelegd. De leden kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld die een verschillende bijdrage betalen.
  2. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichting tot het betalen van een bijdrage te verlenen.
  3. Ereleden en leden van verdienste zijn van betaling van een jaarlijkse betaling
    vrijgesteld.
  1. Het bestuur bestaat uit tenminste vijf (5) en ten hoogste negen (9) meerderjarige leden, die door de algemene vergadering uit de leden worden benoemd. De voorzitter wordt in functie benoemd.
  2. Elk bestuurslid, ook wanneer hij voor een bepaalde tijd is benoemd, kan te allen tijde door de algemene vergadering worden ontslagen of geschorst. Een schorsing die niet binnen drie (3) maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.
  1. Elk bestuurslid treedt uiterlijk drie (3) jaar na zijn benoeming af, volgens een door het bestuur op te maken rooster. De aftredende is eventueel herbenoembaar. Wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.
  2. Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts door:
    1. het eindigen van het lidmaatschap van de vereniging;
    2. bedanken.
  3. Indien het aantal bestuursleden beneden vijf (5) is gedaald, blijft het bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen waarin de voorziening in de open plaats of de open plaatsen aan de orde komt.
  4. Bij belet van een bestuurder zijn/is de overige bestuurder(s) met het bestuur belast. Indien sprake is van één of meer vacatures in het bestuur, vormen de overgebleven bestuurders of vormt de overgebleven bestuurder een bevoegd bestuur. Indien sprake is van belet of ontstentenis van alle bestuurders zal onverwijld een algemene vergadering bijeen worden geroepen en wordt de vereniging bestuurd door één of meer daartoe door de algemene vergadering aangewezen personen. De door de algemene vergadering aangewezen persoon/personen wordt/worden voor wat deze bestuursdaden betreft met een bestuurder gelijkgesteld. In vacatures dient uiterlijk op de eerstvolgende algemene vergadering te worden voorzien.
  1. Het bestuur wijst uit zijn midden een secretaris en penningmeester aan. Het kan voor elk hunner uit zijn midden een vervanger aanwijzen. De functies van secretaris en penningmeester kunnen in één persoon verenigd zijn.
  2. Van het verhandelde in elke bestuursvergadering worden door de secretaris notulen opgemaakt, die door de volgende bestuursvergadering kan worden
    vastgesteld. In afwijking van hetgeen de wet dienaangaande bepaalt, is het oordeel van de voorzitter omtrent de totstandkoming en de inhoud van een besluit niet beslissend.
  3. Het bestuur is bevoegd tot het nemen van besluiten in het belang van de vereniging. Voor het nemen van een besluit dient een meerderheid van het aantal door de algemene vergadering benoemde bestuursleden hiermee akkoord te gaan. Een bestuurslid kan zijn stem in de bestuursvergadering of schriftelijk kenbaar maken. Een bestuurslid kan geen stem uitbrengen indien er sprake is van belet (bv langdurige ziekte/schorsing) of ontstentenis (aftreden).
  4. Bij huishoudelijk reglement kunnen nadere regelingen aangaande de vergaderingen van en de besluitvorming door het bestuur worden  opgegeven.
  1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging.
  2. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd tot het besluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen, en tot het sluiten van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijke medeschuldenaar verbindt. Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door leden beroep worden gedaan.
  3. Een bestuurder neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming indien hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de vereniging. Wanneer hierdoor geen bestuursbesluit kan worden genomen, wordt het besluit genomen door de algemene vergadering.
  4. Als alle bestuursleden een tegenstrijdig belang hebben, of omdat een quorum (minimumaantal vereisten stemmen) of versterkte/volstrekte meerderheid bij de stemming niet wordt gehaald omdat één of meerdere bestuursleden een tegenstrijdig belang heeft, zal het bestuur de beslissing doorverwijzen naar de algemene vergadering.
  5. Onverminderd het in lid 2 bepaalde wordt de vereniging in en buiten rechte vertegenwoordigd door de voorzitter en de secretaris gezamenlijk, met dien
    verstande dat het bestuur voor ieder van hen een bestuurslid als vervanger kan aanwijzen.
  1. Het verenigingsjaar loopt van één januari tot en met éénendertig december.
  2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekening te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
  3. Het bestuur brengt op de algemene vergadering binnen zes (6) maanden na afloop van het verenigingsjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, zijn jaarverslag uit en doet, onder overlegging van een balans en een staat van baten en lasten, rekening en verantwoording over zijn in het afgelopen boekjaar gevoerd bestuur. Na verloop van deze termijn kan ieder lid deze rekening en verantwoording in rechte van het bestuur vorderen.
  4. De algemene vergadering benoemt jaarlijks uit de leden een commissie van ten minste twee (2) personen. Personen, die geen deel mogen uitmaken van het bestuur. De commissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit.
  5. Het bestuur is verplicht aan de commissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te vertonen en inzage van de
    boeken en bescheiden van de vereniging te geven.
  6. De last van de commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van een andere commissie.
  7. Goedkeuring door de algemene vergadering van het jaarverslag, en de rekening en de verantwoording strekt het bestuur tot décharge.
  8. Indien de goedkeuring van de rekening en verantwoording wordt geweigerd, neemt de algemene vergadering al die maatregelen welke door haar in het belang van de vereniging nodig worden geacht.
  9. Het bestuur is verplicht de bescheiden bedoeld in de leden 2 en 3, zeven (7) jaren lang te bewaren.
  1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.
  2. Jaarlijks, uiterlijk zes (6) maanden na afloop van het verenigingsjaar, wordt een algemene vergadering – de jaarvergadering – gehouden. In de jaarvergadering komt in elk geval aan de orde het gestelde in artikel 13 alsook:
    1. voorziening in eventuele vacatures;
    2. voorstellen van het bestuur of de leden, aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering.
  3. Andere algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk oordeelt.
  4. Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van een/tiende (1/10e) gedeelte der stemmen verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier (4) weken. Indien aan het verzoek binnen veertien (14) dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping overeenkomstig artikel 18.
  1. Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden van de vereniging. Geen toegang hebben geschorste leden en geschorste bestuursleden.
  2. Over toegang van andere dan de in lid 1 bedoelde personen beslist het bestuur.
  3. Ieder lid van de vereniging dat niet geschorst is, heeft één stem.
  4. Stemmen bij volmacht is niet toegestaan.
  1. De algemene vergaderingen worden geleid door de voorzitter van de vereniging. Ontbreekt de voorzitter, dan treedt een van de andere bestuursleden door het bestuur aan te wijzen als voorzitter op. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin zelve.
  2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de voorzitter daartoe aangewezen persoon notulen gemaakt, die door de voorzitter en de notulist in de daaropvolgende vergadering worden vastgesteld en ondertekend. Zij die de vergadering bijeenroepen kunnen een notarieel procesverbaal van het verhandelde doen opmaken. De inhoud van de notulen of van het proces-verbaal wordt ter kennis van de leden gebracht.
  1. Tenzij in deze statuten of het huishoudelijk reglement anders is voorgeschreven, worden alle besluiten genomen met meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen. Bij staken van de stemmen over zaken is het voorstel verworpen.
  2. Voorstellen die geen deel uit maken van de agenda, kunnen niet in stemming worden gebracht, doch kunnen geplaatst worden op de agenda van de eerstvolgende algemene vergadering.
  3. Kandidaten voor het bestuur kunnen worden gesteld door het bestuur, alsmede op voorstel van ten minste tien (10) leden.
  4. Indien voor een verkiezing meer kandidaten zijn voorgesteld dan er zetels zijn, dient er een stemming plaats te vinden. Indien hierbij geen der personen de volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen heeft gekregen, vindt er een herstemming plaats op de twee kandidaten die bij de voorgaande stemming de meeste stemmen hadden behaald. De gehele procedure wordt herhaald totdat in alle vacatures is voorzien. In geval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen.
  5. Over zaken wordt mondeling gestemd, tenzij deze statuten of het huishoudelijk reglement of de aard van het onderwerp nopen tot een schriftelijk stemming, dan wel de voorzitter van de vergadering tot een schriftelijke stemming besluit of een der stemgerechtigde leden dit voor stemming verlangt.
  6. Over personen wordt schriftelijk gestemd, tenzij de vergadering eenstemmig van oordeel is dat mondeling kan worden gestemd.
  7. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes. Blanco stembriefjes, niet ondertekende stembriefjes of stembriefjes waarop niet ter zake doende opmerkingen of aantekeningen voorkomen, zijn ongelding.
  8. Het oordeel van de voorzitter, dat een besluit genomen is, is beslissend. Wordt de juistheid onmiddellijk aan het uitspreken betwist, dan wordt opnieuw gestemd indien dit verlangd wordt door de meerderheid van de vergadering of – als de eerste stemming niet hoofdelijk of schriftelijk plaatsvond – door een stemgerechtigd lid. Door de nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de eerste stemming.
    1. Het bestuur kan besluiten dat een lid bevoegd is om in persoon, of bij schriftelijk gevolmachtigde, door middel van een elektronisch communicatiemiddel aan de algemene vergadering deel te nemen, daarin het woord te voeren en het stemrecht uit te oefenen. Het gebruik van het elektronische communicatiemiddel komt voor risico van de stemgerechtigde.
    2. Voor de toepassing van sub a is vereist dat de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering en het stemrecht kan uitoefenen. Door het bestuur kunnen voorwaarden worden gesteld aan het gebruik van het elektronisch communicatiemiddel. Indien het bestuur besluit voorwaarden te stellen, worden deze voorwaarden bij de oproeping bekend gemaakt.
    3. Het bestuur kan besluiten dat een stemgerechtigde bevoegd is zijn stem reeds voorafgaand aan de algemene vergadering via een elektronisch communicatiemiddel uit te brengen. Tot het op deze wijze stem uitbrengen zijn slechts gerechtigd zij die op een bij de bijeenroeping van de algemene vergadering te vermelden tijdstip als stemgerechtigden in het ledenregister van de vereniging staan vermeld. Op deze wijze stemmen is slechts toegestaan nadat de algemene vergadering is bijeengeroepen, doch nooit eerder dan op de zevende (7e) dag voor die van de vergadering en nooit later dan op de dag voor die van de vergadering. Het bestuur draagt zorg voor de registratie van deze stemmen en deelt de stemmen mede aan de voorzitter van de algemene vergadering. Een stemgerechtigde die op deze wijze stem heeft uitgebracht, kan zijn stem niet herroepen. Evenmin kan hij op de algemene vergadering opnieuw stem uitbrengen. Indien het lid dat op deze wijze stem heeft uitgebracht ten tijde van de algemene vergadering niet langer lid van de vereniging is, wordt zijn stem niet geacht te zijn uitgebracht.
  1. De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping geschiedt schriftelijk, dan wel middels publicatie in het clubblad aan de (e-mail)adressen van de leden volgens het ledenregister bedoeld in artikel 5. De termijn voor de oproeping bedraagt ten minste zeven (7) dagen. De oproeping aan ieder lid, die daarmee instemt, kan ook geschieden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door hem voor dit doel aan de vereniging bekend is gemaakt.
  2. Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het bepaalde in artikel 19.
  1. In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden aangebracht dan door een besluit dat is genomen met ten minste twee derde (2/3e) gedeelte van de uitgebrachte stemmen.Tot vorenbedoelde vergaderingen moet worden opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. Een besluit tot statutenwijziging behoeft de goedkeuring van de Raad van Beheer.
  2. Zij die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van en voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf (5) dagen voor de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden. Bovendien wordt een afschrift als hiervoor bedoeld aan alle leden toegezonden.
  3. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid bevoegd.
  1. Het bepaalde in artikel 19 de leden 1 en 2 is van overeenkomstige toepassing op een besluit van de algemene vergadering tot ontbinding van de vereniging.
  2. De algemene vergadering stelt bij haar in het vorige lid bedoelde besluit de bestemming vast voor het batig saldo en voor zoveel mogelijk in overeenstemming met het doel van de vereniging. Het batig saldo mag in geen geval onder de leden verdeeld worden.
  3. De vereffening geschiedt door het bestuur, tenzij bij het besluit tot ontbinding een of meerdere anderen tot vereffenaars worden aangewezen.
  4. Na de ontbinding blijft de vereniging voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten zoveel mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen die van de vereniging uitgaan, moeten aan haar naam worden toegevoegd de woorden “in liquidatie”.
  5. De vereniging houdt op te bestaan op het tijdstip waarop geen aan haar, dan wel aan de vereffenaars, bekende baten meer aanwezig zijn. De vereffenaars doen van die beëindiging opgave aan het handelsregister ten kantore van de Kamer van Koophandel waar de vereniging statutair is gevestigd.
  6. De bescheiden van de ontbonden vereniging moeten worden bewaard gedurende zeven (7) jaren na afloop van de vereffening. Bewaarder is degene die door de vereffenaars als zodanig is aangewezen.
  1. De algemene vergadering kan een huishoudelijk reglement vaststellen en wijzigen, mits met goedkeuring van de Raad van Beheer.
  2. Het huishoudelijk reglement mag niet in strijd zijn met de wet ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten en de statuten en reglementen van de Raad van Beheer.
  3. Het bestuur kan ingevolge de wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen (WBTR) een Bestuursreglement vaststellen en wijzigen en brengt hiervan de leden van de vereniging op de hoogte.

De algemene vergadering dient een geschillencommissie in te stellen. De leden van deze commissie worden op voordracht van het bestuur benoemd door de algemene vergadering. De taken, bevoegdheden en werkwijze worden vastgesteld in het
reglement geschillencommissie. Uitspraken van de geschillencommissie zijn bindend binnen de vereniging.